Advocaat Onno de Jong vindt het triest dat het strafproces tegen de vermeende uitvoerders van de moord op Peter R. de Vries opnieuw moet plaatsvinden. Hij wijst met name op de gevolgen voor de nabestaanden.
“Het is bijna niet in te voelen wat ze gedurende zo’n publieke behandeling hebben moeten doormaken”, zegt De Jong. “Dat moet heel heftig geweest zijn. En aan de andere kant is het ook heel erg nadelig voor het image van het strafproces. Want het ziet er niet goed uit.”
Steken laten vallen
Hij vindt ook dat het Openbaar Ministerie steken heeft laten vallen. Verklaringen van een belangrijke getuige over de opdracht voor de moord die al langer bekend waren bij justitie, kwamen pas een paar dagen voor de uitspraak via het parket in Den Haag terecht in Amsterdam.
“Wij zijn begonnen met de vermeende uitvoerders, wilden die zaak afronden en dan tegen de tijd dat dat afgerond is kijken hoe ver het zou zijn met de zaak van de opdrachtgevers”, reageert persofficier Justine Asbroek van het OM. Volgens haar ging het om ‘praktische overwegingen’. “Wat ook toch gezegd moet worden, is dat er in de zaak naar de opdrachtgevers een zwaarwegend onderzoeksbelang was om informatie nog niet te delen met het team dat de zaak van de uitvoerders behandelde.”
De Jong zegt dat het plaatje nu wel iets completer wordt. “Maar wie weet, en dat zou je dan aan het OM moeten vragen, misschien lopen er nog wel veel meer onderzoeken. Want de feitelijke grote opdrachtgever, die is nog niet in beeld.”
In januari gaat de zaak verder.